donderdag 23 augustus 2007

Op bezoek in hun vaderland

Ze hebben Op bezoek in hun vaderland een hekel aan de vraag: voel je je Nederlander of Marokkaan?

Naam: Fouad Laroui
Wie is dat ook alweer: econoom, ingenieur, hoogleraar en schrijver (onder meer Verbannen woorden, Kijk uit voor parachutisten, Over het islamisme), winnaar E.du Perronprijs 2002
Zegt over Marokko: “Wie zegt dat er geen vooruitgang is, kijkt niet goed.”

“Het eerste wat ik doe als ik van de boot kom in Tanger, is geuren snuiven”, zegt Fouad Laroui. “Dan loop ik een dag anoniem rond, en pas daarna ga ik op zoek naar familie. Mijn broers en zussen zie ik altijd, verder wissel ik het af. Ik heb deze maand zo’n dertig mensen gezien – dat betekent dat 1 procent van de familie happy is en 99 procent boos.” Laroui kwam jaren niet in Marokko. Voordat hij naar Nederland ging, woonde hij in Frankrijk en New York. “Tussen 1990 en 2000 had ik Marokko opgegeven.” Toen hij er in 2000 terugkwam, was hij positief verrast. “Something was happening and you don’t know what. De nieuwe koning heeft veel hervormingen doorgevoerd.” Mensen moeten niet verwachten dat Marokko van de ene op de andere dag een rijk land wordt, vindt Laroui. “Als econoom weet ik dat het minstens twee generaties kost om een land uit de armoede te liften. Er is nog steeds veel mis in Marokko. Maar je kunt niet blijven zeggen dat er geen vooruitgang is.” Marokkanen zijn ‘sabrin’ (geduldig), zegt hij. “Al weten ze niet of ze ’s avonds te eten hebben, ze gaan door met leven.” Mede door het gebrek aan sociale voorzieningen voelt Laroui in Marokko ‘de warme hand van de mensen’ tegenover het ‘koude monster van de staat’ in Nederland. “Als een oom van mij hier een zware operatie zou moeten ondergaan, zouden ik en mijn broer bijdragen. In Nederland stuur je een bloemetje, of je hoort pas na afloop dat iemand in het ziekenhuis lag. De relaties gaan via de staat; via de belasting betaal je ook voor de operatie van oom Wim.”

Geen opmerkingen: